MENU

De drie voordelen van gedisciplineerd trainen

13 juli 2017
Henk Stoorvogel

6 augustus a.s. neem ik deel aan de Iron Man van Maastricht, een triathlon. Ellende. 3.8 kilometer zwemmen (door de Maas, waarvan de helft tegen de stroom in), 183 kilometer fietsen (door de heuvels rondom Maastricht) en 42 kilometer hardlopen.

Waarom?

Dat vragen mensen als ze horen dat ik dit ga doen.

Om te kijken of ik het kan, antwoord ik dan. Mijn bucketlist is kort, maar bevat al jaren één item: voor mijn veertigste deelnemen aan een triathlon. 14 augustus word ik veertig. Op de valreep kan ik dus een vinkje zetten. Als alles goed gaat.

En of het een beetje goed gaat, hangt natuurlijk af van de training. Nu heb ik niet heel veel kunnen trainen, maar na het Pinksterweekend en alle drukte rondom de Opwekkingsconferentie heb ik de knop wel omgezet. Geduldig werk ik nu trainingsweken van tien tot vijftien uur af, in de hoop dat het voldoende zal blijken.

Paulus leefde in een tijd dat elke zichzelf respecterende stad een eigen Olympische Spelen organiseerde. Regelmatig trekt hij in zijn brieven parallellen tussen de fysieke training van atleten en de geestelijke training van de gelovige. Mijn voorbereidingen op de triathlon hebben mij geholpen om dieper inzicht te krijgen in de waarde van de beoefening van de geestelijke disciplines, als bidden, Bijbellezen, vriendschap, vasten en geven. Drie basisprincipes deel ik graag met je. Hier komen ze:

1. Vaardigheid

Lopen kon ik wel. Fietsen en zwemmen niet. In mijn tijd bij Athletes in Action nam ik deel aan een zwemwedstrijd, waarbij ik half verzoop. Tot grote hilariteit van alle toeschouwers. 'Fantastisch! Er was een sport waar Henk echt helemaal niets van bakte...' Fietsen vond ik ook maar niks. Als tiener was ik een keer van Drachten naar Lemmer gefietst, om daar bollen te pellen. De wind was pal tegen en het regende flink. Na vijftig eindeloos lijkende kilometers stapte ik het huis van de oma van mijn vriendje binnen en concludeerde dat ik echt níet van fietsen hield.

Maar voor de triathlon moest ik zowel leren zwemmen als fietsen. Dus vroeg ik de zwemleraar van mijn zoontje om mij les te geven en ging ik in de leer bij een enthousiaste fietsvriend. Vorige week lag ik in het zwembad van Hasselt, waar mijn trainer en twee badmeesters hun uiterste best deden om mijn techniek wat bij te slijpen, terwijl ik met een plankje of slang van piepschuim baantjes trok. Ik voelde me niet heel charmant, nee, zo tussen al die andere zwemmers. Maar het helpt allemaal wel. Dus neem ik alle adviezen dankbaar aan.

En wat ik de afgelopen maanden steeds zag was dit: als ik maar vaak genoeg doe wat ik kan, leer ik vanzelf wat ik daarvoor nog niet kon. Ik fiets steeds wat sneller, stuur steeds wat behendiger en glijd steeds wat soepeler door het water, doordat ik de basis keer op keer herhaal.

In mijn relatie met God geldt ditzelfde principe. Als het gaat om het zoeken van God of het uitreiken naar andere mensen: als ik doe wat ik kan, leer ik vanzelf wat ik daarvoor voor onmogelijk hield.

2. Focus

In Marcus 1 lezen we dat Jezus zich in de bergen terug trok om te bidden. Petrus en de andere discipelen vinden Jezus en willen hem mee terug nemen naar Kapernaüm. Jezus wil echter niet mee gaan naar de mensenmassa die op hem wacht. 'Laten wij elders heengaan, naar de naburige plaatsen, opdat ik ook daar predike; want daartoe ben ik uitgegaan.' (Vers 38) De beoefening van de geestelijke disciplines van de stilte, eenzaamheid en het gebed hielpen Jezus om richting te bepalen. Wanneer wij ongestructureerde tijd hebben laten we onszelf al snel meewaaien met alle winden, of zoeken we die plekken waar het meeste applaus of de meeste winst is te behalen. Wanneer wij geestelijk goed getraind zijn kunnen wij onze focus behouden.

6 augustus staat al maanden in mijn geheugen gegrift. De start van de triathlon helpt mij om me te focussen op mijn training. Maar het werkt ook andersom: mijn trainingsarbeid helpt me om te focussen op die zaken die echt van belang zijn. Mijn voedingspatroon is aangescherpt, alcohol drink ik vrijwel niet meer en ik duik het liefst voor elf uur onder de wol. In mijn werkzaamheden richt ik me als vanzelf op die zaken die echt van belang zijn. Een intensief trainingsprogramma helpt je om te focussen op hoofdzaken, en bijzaken te laten voor wat ze zijn: bijzaken.

3. Vitaliteit

Als de dokter je op de loopband zet om je hartslag te meten, is hij vooral geïnteresseerd in de tijd die verstrijkt tot jouw hart na de inspanning weer tot rust is gekomen. Vitaliteit wordt gemeten aan de duur van de hersteltijd. Wanneer je goed getraind bent ga je herstellen tijdens het leveren van inspanning. Ik merk dat aan het herstel van een klimmetje of een sprintje tijdens een training, waar dat me eerst uitputte, geeft het me nu juist nieuwe energie.

Enkele weken geleden wilde ik een halve marathon als training lopen, toen ik na een kleine kilometer plotseling een stekende pijn in mijn rechterkuit voelde. Zweepslag. Balen. Ik strompelde terug naar huis, wisselde van kleding en schoenen en ging een ronde fietsen. Lopen ging niet meer, fietsen prima. Anderhalve week later liep ik de Halve Marathon van Zwolle. Met een dag of tien waren de spieren voldoende hersteld om er weer vol voor te gaan. Vitaliteit wordt gemeten aan de duur van je hersteltijd. Als je goed fit bent, merk je dat aan een snel herstel.

In het geestelijk leven geldt dit evenzeer. Geestelijk leven kost geestelijke energie. Wij lekken als het ware continue geloof, kracht en liefde. Elke dag moet ons reservoir weer worden aangevuld, zodat we op krachten blijven. Soms krijg je een stevige tegenslag te verduren, krijg je een geestelijke blessure, of loop je in het rood. Als je geestelijk niet fit bent kan dit je behoorlijk uit het veld slaan en heb je weken of maanden nodig om er weer bovenop te komen. Als je geestelijk fit bent, zul je merken dat je sneller herstelt en op een gelijkmatiger geestelijk niveau zult leven.