MENU

Ode aan de laatbloeiers

23 november 2021
Henk Stoorvogel

Tijdens een wandeling een paar weken geleden stond hij daar, helemaal alleen aan de uitlopers van een uitgestrekt gladiolen-veld. Alle bloemen waren al geoogst, het enige dat nog restte waren de groene stelen. Eén rode gladiool had het oogstfeest overleefd en trok nu alle aandacht. En de reden dat hij nu zoveel kleur aan zijn omgeving gaf, was het feit dat hij net wat later was gaan bloeien dan alle anderen.


Ik kom ze vrijwel wekelijks tegen bij trainingen die ik geef: veertigers die besloten hebben om hun grootste angst nu toch onder ogen te komen, en willen leren spreken in het openbaar; vijftigers die de bakens verzetten en de moed hebben opgevat om hun dromen na te gaan jagen; zestigers die nieuwe stichtingen, nieuwe bewegingen, nieuwe bedrijven oprichten om de wereld een betere plek te maken.


Mijn vader was vijftig toen hij startte als voorganger van een kerk in Groningen en aan het grootste avontuur van zijn leven begon. Leonardo da Vinci was 51 toen hij een aanvang maakte met zijn meesterwerk, de Mona Lisa. De toneelschrijver Vaclav Havel was 54 toen hij president van Tsjecho-Slowakije werd.


Dit geldt voor veel meer bekende en onbekende mensen. Van de brede ontwikkeling in de jonge jaren ontstaat de specialisatie op latere leeftijd. De verlegen of bange jongeling groeit uit tot een kunstenaar, leider of spreker die vol zelfvertrouwen op weg gaat. Na het verfijnen van techniek en het maken van de nodige vlieguren ontstaat op latere leeftijd het meesterschap.

Het hoeft niet allemaal snel, onmiddellijk, nu.

Er ís tijd en ruimte om te ontwikkelen en je vorm en kleur te vinden. Het is oké daarin je eigen weg te volgen, zodat jij op de voor jou beste tijd tot volle bloei kunt komen. Als een eenzame gladiool in een veld vol afgesneden stelen zul je dan maximaal kleur, inspiratie en vreugde geven aan je omgeving.

Ik weet niet voor wie dit is, maar toen ik daar die ene gladiool zo dapper zag bloeien aan de rand van het bloemenveld was dit waar ik aan moest denken. Dus bij deze, mijn ODE AAN DE LAATBLOEIERS.